Zorg voor een gezonde combinatie van werk en zorg
Lof 2007 door Roos Wouters
Een overheid die opdraagt vroeg aan kinderen te beginnen lijkt mij– net als Raad voor de Volksgezondheid en Zorg – een schrikbeeld. Een overheid die problemen tijdig signaleert en, waar nodig, haar verantwoordelijk grijpt is wel wenselijk. Nu reikt de invloed van de overheid tot achter de voordeur en in de slaapkamer. Dat laatste klinkt misschien vreemd, maar het moment waarop je voor kinderen kiest is minder vrij en privé dan vaak wordt gedacht. Dat moment wordt namelijk onder andere door overheidsbeleid beïnvloed. Voorzieningen die het hebben van kinderen vergemakkelijken zijn vrijwel allemaal gericht op vrouwen van rond de dertig met een vast contract of een fulltime werkende partner. Ook zijn er nog te veel hobbels die moeilijk maken om werk en kinderen te combineren. Dat werkt uitstel van ouderschap in de hand. Resultaat; moeders werken niet of weinig en vrouwen met ambitie blijven steeds vaker kinderloos of stellen het krijgen van kinderen uit tot het allerlaatste moment. En geef ze eens ongelijk. Uit onderzoek blijkt dat uitstel je carrière loont.
Toch is meer voorzorg en preventie speerpunt in het gezondheidszorgbeleid. „Ongezonde leefstijl” moet worden aangepakt; „voorzorg is beter dan nazorg”, aldus premier Balkenende. Waarom heeft dit kabinet dan nauwelijks aandacht voor de gezondheidsproblemen die uitstel van ouderschap met zich mee brengen? Past hier geen preventief beleid?
Uit het signalement van de Raad voor de Volkgezondheid en Zorg; ‘Uitstel van ouderschap’ (maart 2007) kwam duidelijk naar voren dat Nederland internationaal gezien in de top van landen zit waar het normaal is het eerste kind relatief laat te krijgen (45% is 30 plus, bijna 13% van hen is 35 jaar of ouder). Dit brengt allerlei medische risico’s voor moeder en kind met zich mee. Vooral bij vrouwen neemt de vruchtbaarheid na het dertigste levensjaar af net als de kwaliteit van haar eicellen waardoor de kans op miskramen, aangeboren afwijkingen en ongewilde kinderloosheid toeneemt. En ook de kans op borstkanker wordt groter. Voor ieder jaar dat een vrouw haar eerste kind later krijgt, stijgt de kans op borstkanker met 3%. Die kans daalt met 7% voor elke extra geboorte en daalt met 2% voor elk half jaar borstvoeding. Dit zijn aanzienlijke effecten, zeker bij een vorm van kanker die in Nederland vaker voorkomt dan in andere Europese landen. Een op de negen vrouwen in ons land krijgt voor haar 75ste jaar met borstkanker te maken.
Terwijl de overheid vrouwen oproept meer en harder te gaan werken, ziet zij uitstel van ouderschap als privé aangelegenheid waar zij zich niet mee wil bemoeien. En met die constatering staakt de discussie over de rol van de overheid. Voor jonge mensen die aan kinderen willen beginnen en dat met werk willen combineren zou juist de overheid hindernissen kunnen verminderen of wegnemen. Maak de combinatie van arbeid en zorgtaken gemakkelijker door flexibele werktijden. Ontwikkel beleid waarin levensloop en loopbaanplanning beter op elkaar zijn afgestemd; creëer ook carrière perspectieven bij deeltijdwerk en na je 40ste. Zorg voor een fatsoenlijke betaalde verlofregeling en hoogwaardige betaalbare kinderopvang en maak serieus werk van buitenschoolse opvang. (Aanstaande)ouders willen heus werken met kinderen maar dan wel zonder al dat gehaast gecombineerd met een enorme carrière val. Het kabinet zou daarom een hand in eigen boezem kunnen steken door eerst te kijken naar de gezondheidsgevolgen van haar eigen beleid want voorzorg is inderdaad beter dan nazorg. Voorkom uitstel van ouderschap en zorg voor een gezonde combinatie van werk en zorg!
Roos Wouters ( PR medewerker bij de Raad voor de Volksgezondheid en Zorg)